Switi Sranan: Suriname 2021

Het voelt als bevrijding: de negatieve testuitslag waarmee ik mijn verplichte (én gecontroleerde) thuisquarantaine beëindig. Zes dagen ervoor testte ik ook negatief om de terugreis Suriname – Nederland te maken.

Op luchthaven Zanderij (Johan Adolf Pengel International Airport) neemt de Covid19-procedure veel tijd in beslag. No spang is al de hele vakantie mijn motto.
Vlucht KL 714 bevat een mooie mix aan nationaliteiten. Ook de bevlogen Surinaamse president Chan Santokhi en zijn ministers zitten op deze vlucht: werkbezoek in Nederland.

“Kijk die Chinezen dan. Ik heb helemaal niets met dat volk. Zij hebben corona in de wereld gebracht en door hen moet ik in quarantaine en 9 uur een mondkapje op in dit krappe vliegtuig. Dank je wel KLM.” Onfortuinlijk zit ik naast een Surinaamse dame die mopperen en zeiken tot levenskunst heeft verheven. Haar reisgenoot zit er sullig bij en laat haar begaan. Hij sluit zijn ogen en doet alsof hij de hele vlucht slaapt. Niets deugt volgens deze dame: van het te krappe vliegtuig tot de smalle gangpaden, te kleine bagagebakken en grote families met slierten kinderen en handbaggage.

Ik neem mij voor me niet te ergeren of te reageren op haar tirades. Verdiep me in mijn boek, geniet van de speelfilm Meskina en mediteer. De terugvlucht vliegt voorbij. Ik had al heimwee naar SU lang voordat ik incheckte om naar mijn andere thuis te gaan.

Vijf jaar geleden mijn hart verpand aan Switi Sranan: Suriname. Iedereen die er ooit is geweest, opgegroeide of woonde, zal het beamen: een land dat je niet makkelijk loslaat.

Deze zomer verbleef ik 5 weken in dit heerlijke land. De laatste 8 dagen van mijn verblijf mocht ik remote werken van mijn werkgever. Met goede wifi en kantoorruimte met airco is plaats en tijdonafhankelijk werken appeltje eitje.

Wan Pipel
In Paramaribo liggen de verhalen op straat. Met een beetje geluk ook in taxi’s.

“Wat scheelt die jongen met vrouwen? Wie is dat meisje?”
“Die ene Hindoestaanse dame die hem laatst al was komen halen. Maar ik bemoei niet hoor.”
“Ik bemoei wel! Ik laat me niet als een klein jongen behandelen. Vooral niet door mijn zoon!
Roy. Je zal me vanavond alles moeten uitleggen. Alles! Anders breek ik je ribbenkast.”
Schuddebuikend zitten we achterin met mondkap te genieten van onze favoriete taxichauffeur die hele stukken tekst kent uit Wan Pipel als we toevalligerwijs langs filmlocaties rijden.
Wan Pipel, de eerste Surinaamse speelfilm van Pim de la Parra. Nog steeds ieder jaar rond Onafhankelijkheidsdag vertoond op de Surinaamse televisie.
In de la Parra’s film staan de politieke en raciale spanningen van het multi-etnische Suriname centraal.
Onze taxichauffeur draagt zonder moeite in het Sranantongo en in het Nederlands hele stukken tekst voor. Gesticulerend, met zwaar accent en één hand aan het stuur. We geven hem extra benzinegeld.

“Jongen. Je moeder is nog niet koud in de grond of overal word je gesignaleerd.”

“Er zijn mannen. En mannen. Wat ik heb gezien van Roy: hij is een man.”
“Een man. Een man die zich door een wildvreemde vrouw laat meesleuren. En zodanig dat ie zichzelf ruïneert. Is man noh. Nyan mi mars!.”

Wandelend of rijdend door de stad zie ik meer bedelaars en daklozen dan ooit. Vooral aan De Waterkant, de oudste straat van Suriname langs de Surinamerivier. Overal in de stad slingeren lege maaltijdbakjes: de kerk zorgt dat wie het nodig heeft twee maaltijden per dag krijgt. De crisis en de pandemie hebben genadeloos toegeslagen. De nieuwe president heeft haast en wil voor het einde van 2021 dat het ergste leed geleden is.

Waka Pasi Palmentuin

Waka Pasi
Aan de Waka Pasi, de promenade langs de Palmentuin, drink je de lekkerste koffie van Paramaribo. Ik krijg de gelegenheid om te luisteren naar wat expats, Nederlandse verpleegkundigen, ambassadepersoneel en de lokale bevolking zoal te vertellen hebben. Al luisterend en mijmerend maak ik aantekeningen. Fragmenten voor later. De verhalen zijn niet altijd tot mij gericht. Desondanks geniet ik met opgetrokken wenkbrauwen en een glimlach.

De maatregelen in Suriname, de lockdown en de avondklok beperken mij totaal niet. Ik ben tegen de 1 ½ meter samenleving.
Zelf hou ik namelijk 2 meter aan. En laat in Suriname nou dat dé regel zijn. 1 ½ meter is de minimale afstand. Dit nieuwe normaal bevalt me nog steeds. Het staat symbool om elkaar ruimte te geven en te gunnen. Op straat, op de snelweg en in de supermarkt. En ook op het vermaledijde social media.

De onderwerpen? De Covid19 situatie in Suriname; wel of niet vaccineren, de pandemie-aanpak door de regering; LHTBIQ+ en conservatief Suriname; de staatsgreep van 1980; de Decembermoorden (en de aanstaande gerechtelijke uitspraak). Werkelijk alles komt voorbij. Ik raak niet uitgevraagd. De één loopt leeg, de ander wil er pertinent niet (meer) over praten.

”Ik ben niet tegen vaccineren,” zegt natuurgenezer, psycholoog en liefdestherapeut Germain May. Zijn Oso Dresi Special Fever Medicine versterkt het immuunsysteem. Het is géén Covid-medicijn benadrukt hij.
”Je weet wat je te doen staat,” zeg ik (pro-prik) met een knipoog als hij afrekent. Zijn business loopt als een trein. May zal nog even wachten met de prik: hij wil dat zijn cliënten een eigen afweging maken en niet door hem worden beïnvloed.
Naar verluidt laat de minister van Volksgezondheid, die niet tegen traditionele geneeskunde is, oso dresi’s op hun veiligheid keuren. De minister is overigens het gesprek van de dag: er komt geen nieuwe lockdown (hoewel de geruchten anders zijn ;-). De maatregelen die nu gelden blijven gehandhaafd.
“De verantwoordelijkheid ligt bij u. Na yu e bepaal soort sey we go nanga a golf disi. We gaan dit keer niet zo snel over tot maatregelen. De verantwoordelijkheid ligt bij elk individu”, zegt Amar Ramadhin (Bron o.a.: Surinam Herald).
Zoek het zelf maar uit! Betoel!, zegt mijn Javaanse buurman. Vandaag zijn Creolen, Hindoestanen en Javanen eensgezind in hun oordeel over minister Amar Ramadhin. De Hugo de Jonge van Su.

“Je steelt niet van je landgenoten!”
Deze man is in ieder geval geen NDP-aanhanger als hij ongemeen fel los gaat op de vorige president van Suriname, die het land naar de afgrond bracht en wiens naam niet genoemd wordt. Maar diens nalatenschap des te meer. Zeker als bekend wordt dat schijfster Astrid Roemer feitelijk de mond gesnoerd omdat ze een afwijkende mening heeft over de gebeurtenissen in 1982.
“De nabestaandenelite houdt ons land al bijna veertig jaar in zijn greep. Ik hou mijn hart vast maandag. Het recht moet zege vieren. Maar we moeten ook verder. Ja toch?”.

Mijn interesse voor geschiedenis, Surinaamse vrienden en collega’s maken dat ik de geschiedenis van het land, de plattegrond van de stad op mijn duimpje ken. Denk ik. Geen heden zonder verleden. Wat de afgelopen zestig jaar gebeurde, van kolonie tot republiek fascineert mij sinds jaar en dag. Hun geschiedenis. Onze geschiedenis. Het contact verloopt daardoor makkelijker.

Mi gado. Mi Jezus. Joe ab? Ala ogri e tyari wan bun (elk nadeel heeft zijn voordeel)
Ik was 25. In de nacht, de vroege ochtend van 25 februari 1980 in de Zwartenhovenbrugstraat. Mijn vrienden en ik zien militaire voertuigen rijden in de Domineestraat. Rookpluimen aan De Waterkant. Een dreigende sfeer. Ik zeg je, ben nog nooit zo snel nuchter geworden… weet je dat de staatsgreep iedereen wel uitkwam? Ook Nederland. ‘Mi sabi, mi sabi’. En ik vertel je, zij hebben Bouta een hele goede dienst bewezen. Ja toch? Jullie dossiers zijn tot 2060 niet in te zien.”

Voordat ik kan vragen waar hij in 1982 was, kijkt hij weg:
Twee jaar later is het uit de hand gelopen. Ik was toen al naar Den Haag.”

Paramaribo-Noord

Genuanceerd praten over toen, over nu: het lijkt onmogelijk. Oude tegenstellingen zijn hardnekkig. Nog steeds zijn hele families en vriendengroepen verscheurd. In Suriname én in Nederland. Of het nu gaat om December ’82 of wel of niet vaccineren.
Is Suriname de ideale melting pot die de nieuwe president ons doet geloven? Hij krijgt het voordeel van de twijfel, maar tijdens zijn werkbezoek aan Nederland wordt hem het vuur aan de schenen gelegd. De beste stuurlui staan aan wal. Hier en daar. Ook de problematiek uit Wan Pipel is geenszins achterhaald merk ik. Maar ik ken geen ander land waar at the end of the day, bewoners en diaspora vol liefde over spreken en klagen.

Terug in Nederland mis(!) ik de temperatuurscan die in iedere winkel en restaurant verplicht is. De verplichte mond- en neuskap: ik was er zo aan gewend (ook al stikte ik de moord ;-).
Ik praat met consumptie. Toen ik leraar was, waren de eerste rijen in mijn klas altijd leeg! Ik vertel deze grap (niet de mijne overigens) vaak om uit te leggen waarom ik een mondkapje draag.
Ik draag-m hier nog even in ons gepolariseerde landje:
“A conspiracy of silence, speaks louder than words, (Dr. Winston O’Boogie).”

Kijk en leestips

  1. De door Eye Film gerestaureerde versie van Wan Piple is online te bekijken.
  2. “Sranantongo: Surinaams voor reizigers en thuisblijvers”. Michaël Ietswaart en Vinije Haabo.
  3. “Reishandboek Suriname”. Tessa Leuwsha.
  4. “Suriname, reisgids Buitenkansjes”. Parbo magazine,
  5. “Onder de paramariboom”. Johan Fretz.
  6. “De koningin van Paramaribo”. Clark Accord.
  7. De soundtrack van Wan Pipel, inclusief dialogen staat op Spotify .
  8. The Black Archives,

Enkele foto’s uit mijn privé-album

Avondklokmijmermoment, zondag 31 januari 2021 – Patrick Wouters

Een vlaag van ontroering overviel mij tijdens de inauguratie van Joseph Biden en Kamala Harris, die ik live volgde op CNN. De Nederlandse televisieverslaggeving liet ik links liggen: te veel gepraat om het praten naar mijn smaak. Vooral tijdens cruciale momenten. Ik wilde dit historisch moment unabridged, ongepolijst ervaren en schakelde op tijd over.
Twaalf jaar waren inmiddels verstreken sinds dat andere moment van hoop en verandering: de inauguratie van Barack Obama op 20 januari 2009.
Twaalf jaar later. Vier jaar ná de Amerikaanse nachtmerrie van onbeschaamd, onverhuld racisme, discriminatie, uitsluiting, leugens, bedrog, ophitsing en desinformatie, dat een apotheose kreeg met de bestorming van het Capitool. De Trumpjaren: een gevalletje ‘klimaatverandering’, waar massaal en bewust vóór gekozen is en ebt nog steeds na. “This is not America”, … ik dacht het wel.

Amanda Gorman (bron Instagram AG)


Ik zet mijn kaarten op de jeugd. Amanda Gorman raakte mij in het hart met The Hill We Climb. Haar verzoenende gedicht, een geweldig spoken-word-voordracht gaf vertrouwen en maakte veel los. Er is hoop. Hoop doet leven.

De kater kwam echter sneller dan ik verwachtte. Helen, herstellen wat stukgemaakt is in vier jaar tijd is geen gemakkelijke opgave. Sneller dan ik hoopte ging iedereen over tot de orde van de dag. Het politieke spel kreeg weer vrij spel. Democraten en Republikeinen nemen elkaar de maat: Biden wittebroodsweken gunnend. Europa, China en Rusland kijken toe en trekken hun plan (of vervallen in apathie, zoals in het geval van Europa).
In Nederland struikelen politici over elkaar heen met verkiezingen in zicht en schetsen ons nieuwe vergezichten. Stoere spierballentaal uitkramend en heftig gesticulerend. Hoe grover hoe beter. Burgemeesters, bewindspersonen en lijsttrekkers op de eerste rij. Gevolgd door vreselijk leuterend ‘duidend’ dagelijks tijdverdrijf in talk- en nieuwsshows (met telkens dezelfde gasten). Ik merk: ik word somberder en somberder. Wat doe ik mijzelf aan? Waarom kies ik hiervoor?

Gebruik je stem
Na weken van innerlijke rust, gevoed door zelfreflectie en bezinning, word ik onrustig en ongerust. Ook mijn boosheid en verontwaardiging zoeken een uitlaadklep. Hoe heeft het zover kunnen komen? Waarom grijpen we niet in, sturen we niet bij, leren we niet van onze fouten? Waarom weer wachten tot een volgende Parlementaire enquête en dán pas beterschap beloven? Ga ik wéér stemmen voor hoop en verandering?
Het roer moet om. Klaar met het kortzichtige politieke spel. Roepen we sinds de verkiezingen van 15 mei 2002 niet steeds het-is-tijd-voor-nieuwe-politiek? Negentien jaar later!
Het moet mij van het hart: ik vind de wijze waarop wij, waarop Nederland deze crisis aanpakt onvergeeflijk: zwabberbeleid zonder perspectief. Hetzelfde geldt voor de vaccinatiestrategie- en stagnatie. Ik wil mild zijn, maar het lukt me niet. En dan heb ik het nog niet over de ontluisterende kindertoeslagaffaire. Laat staan de inmiddels mainstream manier waarop in onze samenleving (al dan niet in light variant) moslims worden weggezet. Ik maak me zorgen om onze jeugd. Wat laten wij voor hen na.
Ik ben maatschappelijk betrokken, maar geen lobbyist of politiek actief. De enige manier om iets van invloed te hebben is gebruikmaken van mijn stemrecht. Wil je verandering? Laat op zijn minst je stem niet verloren gaan!

Save the world – save yourself
Het kan. Ik geloof er nog steeds in. Ook al komt het vandaag van ver. Er zijn ook andere manieren van invloed uitoefenen.
Een nieuw decennium geeft hoop en perspectief. One world one people? Kunnen wij mensen het verschil maken?
Verander de wereld, begin bij jezelf roep ik sinds jaar en dag en handel er zo goed en zo kwaad als het kan, naar. Iedere dag kun je opnieuw beginnen: je eigen gedrag, je eigen doen en laten veranderen. Met bezieling, moed, humor en positiviteit, met ups én downs. Met vallen en opstaan. Telkens weer. Geïnspireerd door zoveel moois, maar je moet het wel zien.

Wir shaffen es, met elkaar. Zelfs als moeilijk wordt: het is niet onmogelijk. Ik wil niet in een polarisatiefuik terechtkomen. Ik wil het gesprek en de dialoog blijven voeren. De verbinder zal ik zijn. Maar eerlijk is eerlijk: niet meer met iedere agressieve roeptoeter, ‘coronaverzetsheld’ of populistisch politici. Soms moet je duidelijk zijn over je eigen grenzen.

Tot slot. Stel jezelf de vraag: willen we de wereld blijven uitwonen? Is de wijze waarop wij met natuur, mens en dier omgaan in het licht van 2020 normaal? Kan het anders? Moet het anders? Yes we can! Laat van je horen. Wees niet onverschillig. Met elkaar kunnen we het verschil maken. Jij en ik. We hebben een keuze. Count me in. What about you?

De afgelopen weken werd ik geïnspireerd door blogs van onder meer Johan Fretz, Augusto de Campos Neto, Clarice Gargard, Shervin Nekuee, Pema Nooten, Scott Schotsborg en Evert van der Zwan.

Zondagmiddag. Op de fiets. Frisse lucht. Inspiratie opdoen.

Patrick Wouters

An apple a day…

Onlangs stapte ik in de wereld die iPhone heet.  Weinig was nodig om in de ban te raken van het mooiste speelgoed van de 21ste eeuw.  Op mijn werk zag ik sommige collega’s dagelijks in de weer met Blackberrys en andere toestellen die maar niet bieden wat de advertenties doen beloven. Praat dan even met Applefreaks en je bent zo omgepraat. Een sterke aanbieding van studentmobiel trok mij tenslotte over de streep. En zo bezit ik sinds kort ook de Nespresso onder de smartphones.
Apple heeft het goed voor elkaar wat naamsbekendheid betreft. Daarnaast zijn de vormgeving en technische mogelijkheden om bij te watertanden. Toch blijft waakzaamheid geboden: de Applekerk maakt ook niet altijd waar wat ze pretendeert. Zo zijn er legio verhalen over de vermaarde service van het bedrijf als er iets mankeert aan je apparaat. Hoofdredacteur Tjerk Lammers van het muziekblad Revolver (thans Lust for life),  constateerde eens dat er meer mensen bij de technische dienst stonden dan in het winkelgedeelte van het Apple Centre. Ik laat me echter nog even niet van de wijs brengen: voorlopig is het mooi speelgoed. Qua communicatie kan Apple nog wel wat leren. Het bedrijf reageerde slecht en traag op de problemen met de iPhone 4.

Een aardigheidje: Apple is sinds 1967 ook de bedrijfsnaam van The Beatles (family).  Steve Jobs’ Apple is zo goed als zeker op het Beatlesbedrijf geïnspireerd. Toch zagen de heren elkaar vaker bij de rechter dan op de thee. Tegenwoordig staan ze elkaar niet meer in de weg en werken ze zelfs samen. Lees hierover verder op Tweakers.

Onlangs stapte ik trouwens ook in de wereld van:

23 mei 2010